Een superleuk schrijfspelletje, als Lego met taal: stapelgedichten maken.
Je neemt een aantal boeken en stapelt deze op elkaar. Als je van boven naar beneden de ruggen leest, vormen de titels op die manier een gedicht.

Bijvoorbeeld:

Ik dook mijn boekenkasten in en ging los. Ik zal me beperken tot nog twee voorbeelden:

I
Schoolpijn
Wie heeft er wél een boek bij zich?
Jongens, ik wil nu toch écht beginnen
En toen ging de bel

II
Sprookjes als therapie
De geest in de fles
Brieven aan Doornroosje
Liggen in het gras
Eten in het schijnsel van de maan

Je kan je ook door boektitels laten inspireren voor korte verhalen. Ik heb niet alleen in mijn eigen boekenkasten maar ook in de boekhandel en bibliotheek rondgesnuffeld en heb daar uitermate prikkelende boektitels gevonden. Zomaar een greep:
Wie erft de naaktkat?
Wat zou Cleopatra doen?
Als ik naar jou kijk, zie ik mezelf
De woorden staan niet op hun juiste plaats
Een kogelvrije zomer
Tussen keukentrap en helikopter

Vroeger is alles wat ik van je heb

Sommige boektitels sloten als vanzelf op elkaar aan:
Wat doen wij hier?
Nu even niets

Ziel van ijzer
Hart van kristal

En dan nu het goede nieuws
Nederland ligt er prima bij

Speel ermee. Veel plezier! 😀