
Als kind van zowel het Groningse als het Indische zwijgen,
heb ik van huis uit niet meegekregen dat we onze levenservaringen met elkaar delen.
Deze week deel ik met jou alvast een stuk van de inleiding van het boek dat ik aan het schrijven ben.
Als kind van zowel het Groningse als het Indische zwijgen, heb ik van huis uit niet meegekregen dat we onze levenservaringen met elkaar delen. Jarenlang heb ik geloofd dat ik daardoor iets miste.
Uiteindelijk ben ik echter gaan zien dat er altijd een vorm gevonden wordt om levenswijsheid door te geven. Wie de woorden zelf niet heeft, vindt een andere manier.
Waar ik wél mee opgegroeid ben, zijn boeken, films en muziek in overvloed.
Mijn ouders lazen mij voor. Mijn moeder nam haar voorlezen ook op cassettebandjes op, zodat ik er op ieder moment naar kon luisteren. En ik op mijn beurt sprak als 4-jarige weer verhaaltjes op cassettebandje in voor mijn oma. Verhaaltjes die ik woord voor woord uit mijn hoofd kende door eindeloos te luisteren naar de Lecturama-reeks.
Toen ik mijn zwemdiploma haalde, namen mijn ouders mij mee naar de bioscoop, waar we Disney’s De Kleine Zeemeermin zagen. In de jaren erna kreeg ik regelmatig Disneyfilms op videoband, of ik kocht ze zelf, van mijn zakgeld.
Op mijn vijfde verjaardag speelde mijn opa samen met mijn moeder poppenkast. De kast en poppen hadden ze zelfgemaakt, en ook het verhaal hadden ze zelf geschreven.
Af en toe, op de donderdagavond, als mijn zus en ik eigenlijk al in bed moesten liggen, mochten we mee naar de bibliotheek in het dorp. Een magisch uitje, vond ik dat altijd. Vooral in het najaar, als het buiten al donker was.
Met mijn moeder en zus keek ik naar The Little House on the Prairie, The Cosby Show, MacGyver, Alf en nog veel meer. Bij films schoof mijn vader ook aan – zolang het maar niet Sissi was.
Met mijn vader deelde ik zijn liefde voor de muziek van the Beatles. We bouwden voort op zijn collectie Suske & Wiske strips.
Ik las de Witte Raven pockets (Leni Saris, Cissy van Marxveldt) die mijn moeder als tiener had gelezen.
Toen ik op mezelf ging wonen, kreeg ik van mijn oma The Sound of Music op dvd en de soundtrack op cd.
Mijn zus ontdekte de Harry Potter-serie het eerst en spoorde mij aan de boeken ook te lezen. En zo kan ik nog heel lang doorgaan.
Als ik iets via mijn Indische kant heb geërfd, is het ‘verhalen met een omweg’. Indirect vertellen. Alles wat je wilt zeggen is er, al lijkt het verborgen.
Het vraagt geduld om dit op te merken, te leren verstaan, om er überhaupt mee om te gaan. In mijn ideale wereld zou het niet nodig zijn en tegelijk bevat het een schoonheid die ik niet zou willen missen.
We spraken dan misschien relatief weinig met elkaar over onszelf, maar wel heel veel over wat we gehoord, gelezen of gezien hadden. En door die verhalen met elkaar te delen, leerden we elkaar kennen. Zagen we elkaar en werden we gezien. Spraken we een gezamenlijke taal.
Dit boek komt voort uit mijn eigen verlangen om beter te leren verstaan. Want ik had zelf lang niet altijd tijdig in de gaten wanneer er iets verteld werd waar ik beter naar kon luisteren. Laat staan hoe ik dat dan kon doen, werkelijk luisteren, zonder dat mijn eigen denkbeelden in de weg stonden.
Alles wat ik daarover in de loop der jaren met vallen en opstaan ontdekt heb, dat geef ik via deze weg weer door aan jou.
Schiet je hierdoor nog iets te binnen?
Iets dat absoluut niet mag ontbreken in mijn boek?
Laat het mij weten!