Dan pas besef ik wat
het Kompas wérkelijk is.

Dit is de laatste blog waarin ik je vertel hoe de Kompasreeks ontstaan is.

Het is nu 2021. Zes jaar na het eerste vonkje, als we rekenen vanaf de Roos van Leary.
Dertig jaar als we rekenen vanaf het moment dat ik de Griekse mythologie bewust ontdekte.

Bij opruimen krijg ik mijn video’s en teksten van het Kompas weer onder ogen.
Het is een jaar geleden dat ik ermee bezig ben geweest en ik ben wel nieuwsgierig. Ik kijk, luister en lees.
Dan pas besef ik wat het Kompas wérkelijk is. Het is een weergave van ons ego, onze nep-ik. Dat besef maakt een groot verschil. Hierdoor kan ik er anders naar kijken dan ik tot nu toe had gedaan.

Tot dit moment geloofde ik dat wij het Kompas zijn. Daarom streefde ik naar volledigheid, ik wilde alles recht doen. Dankzij dit nieuwe inzicht weet ik dat dit onmogelijk is.
En met wat aanvullingen en nieuw materiaal, kan ik de Kompasreeks dan ook eindelijk voltooien. (Eindelijk!)

Dit brengt mij ook op de Griekse mythe van Narcissus – wat meteen een heel mooi voorbeeld is van de geest van het Kompas.

Narcissus was een beeldschone jongeling, waar velen verliefd op werden.
Maar hij had geen aandacht voor gevoelens, hij was enkel geïnteresseerd in de jacht. Iedereen die om zijn liefde vroeg, werd dan ook bruut afgewezen.
Het verhaal gaat dat het Aphrodite, de godin van de liefde zelf is die hem op een dag besluit te laten ervaren hoe het voelt, om lief te hebben zonder dat deze liefde beantwoord wordt.

Op een verlaten plek, bij een heilige vijver rust Narcissus uit van de jacht. Wanneer hij wat water wil drinken, ziet hij in het kristalheldere water zijn eigen beeltenis, zonder te beseffen waar hij naar kijkt. Op slag is hij verliefd.
Hij probeert contact te krijgen met deze prachtige verschijning, probeert hem te kussen, te omhelzen, aan te raken, maar telkens opnieuw vlucht het beeld van hem weg. Pas wanneer het wateroppervlak weer tot rust gekomen is, keert de verschijning terug.

Narcissus probeert met de verschijning te spreken, maar ook dat lukt niet. Hij kan aan niets anders meer denken en blijft maar staren naar zijn eigen beeltenis in het water.
Doodongelukkig voelt hij zich wanneer de verschijning hem verlaat, maar hoe meer hij probeert te doen om het beeld vast te houden, des te meer het hem ontglipt.

Narcissus kwijnt uiteindelijk weg. Hij verliest zijn schoonheid, zijn levenskracht en sterft.
Aphrodite laat hem uit medelijden voortbestaan als een bloem, de narcis.

We hoeven geen narcist te zijn om gefascineerd te raken door onze eigen beeltenis.
Het ego zou geen grip op ons hebben, wanneer het niet eindeloos boeiend was, wanneer het niet telkens weer nieuwe interessante dingen op zou werpen om ons af te leiden. We identificeren ons niet voor niets met onze deelpersoonlijkheden.
Als het een simpele illusie was, zou geen mens erin trappen.

Wat mij vanaf het begin zo intrigeerde in het Kompas, is tegelijk het gevaar ervan; hoe meer je ermee bezig bent, des te meer je erin ontdekt. Tot het punt dat het zóveel van je tijd en aandacht opslokt, dat je jezelf erin verliest. Letterlijk.
De mythe van Narcissus is onmiskenbaar een waarschuwing om te blijven zien wat écht is en wat niet.

Ik schreef al eerder dat de cirkel een krachtig symbool is. De Boeddhisten kennen het Dharmawiel, het rad van geboorte en wedergeboorte. Het wiel waarin je meegesleurd kan worden en in vast kan komen te zitten. Zo kan je het Kompas ook bezien.
Maar gebruik je het Kompas als een instrument en niet als een doel op zich, dan kan het je wel degelijk helpen op weg naar wie je werkelijk bent. Naar vrijheid. Geluk.
En ja, óók naar compassie.


Leave a comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *